Als ik in Brazzaville de immigratieservice opzoek om het visum te verlengen, kom ik in een chaos terecht. Een grote operatie tegen illegale buitenlanders is op komst en iedereen probeert snel zijn papieren in orde te krijgen. Na drie uur wachten vertelt de commandant me dat het enkel mogelijk is het visum voor één jaar te verlengen en dat het 200 euro kost. Dit is uiteraard absurd en beslis dan maar om snel de stad te verlaten. Eénmaal in de banlieu vind ik snel een camion die me voor de helft van het 700 km lange traject richting Pointe-Noire kan meenemen. 500 km daarvan zijn onverhard en er zijn vele files waar het één groot modderbad is. Na 120 km houden de militairen iedereen tegen en we slapen naast de camion.
De volgende dag geraken we niet veel verder en de chauffeur moet een andere kapotte camion trekken. Het schiet dus echt niet op en ik beslis een stukje te fietsen. De onverharde weg is geen lachertje, maar ik vind het heerlijk. Na een 10-tal km passeert een andere camion die me helemaal tot Point-Noire meeneemt! Er is plaats in de cabine, maar erg comfortabel is het er niet. Ongelooflijk hoe snel ze over de gedegradeerde weg rijden, we vliegen dan ook meermaals uit onze stoel.
Er zijn ontelbare controleposten van het leger, politie, douane en gendarmerie. Hun enige functie lijkt erin te bestaan geld af te troggelen van de chauffeurs. Ze spannen een lint en er moet telkens 1.5 tot 7.5 euro betaald worden. Zo zijn ze per rit 50 euro kwijt, wat hier uiteraard een pak geld is.
We bereiken PN om 2 uur ’s nachts, maar dat is niet vooraleer de politie me nogmaals problemen bezorgd. De vervaldatum van het visum is 19 januari, maar dat is slechts de datum vooraleer je het land moet binnen komen. Daarna heb je nog 30 dagen. Een zaklamp in m’n gezicht schijnend, probeert hij me ongemakkelijk te doen voelen. En wie ben ik om hem de regels aan te leren!
Ze moeten er niets van hebben en de toon wordt ook steeds agressiever. Hij beslist me in het gevang te steken en beveelt aan de chauffeur mij spullen te ontladen en te verkopen. Hij zet me in een hoekje en ik maak me klaar voor een nachtje cel. Buiten hoor ik hem tegen de chauffeur zeggen dat ik gelijk heb. Ze komen terug, de chauffeur heeft blijkbaar 4 euro betaald en de agent vertelt me dat ik geluk heb dat ik intelligent ben. De toon verandert en we kunnen de weg verder zetten.
Het is twee uur ’s nachts als we de stad bereiken en één van de helpers van de camion toont me een auberge.
De volgende dag er vroeg uit om de Angolese ambassade op te zoeken. Ik bereid eerst het dossier voor in een internetcafé, doe m’n beste kleren aan en stap vol goede moed de ambassade binnen.
De vele en complexe documenten maken er zeker geen eenvoudige procedure van. Visumaanvraag is enkel op dinsdag en donderdag dus keer ik de volgende dag terug. Ik word voorgesteld aan de verantwoordelijke en alles lijkt goed te gaan. Ik heb geen uitnodigingsbrief en geen enkel contact in het land, maar ze lijken me te willen helpen. Op de blog van een andere fietser las ik dat hij die documenten ook niet had, maar dat ze het visum toch gaven. Ik stapte dus met een goed gevoel buiten. Noch geen uur later volgde er echter een telefoontje dat de aanvraag geweigerd werd. Een reden was er niet.
Een ander probleem was dat mijn visum voor Congo de volgende dag verliep. Ik had dus gehoopt om snel het visum voor Angola te bemachtigen om zo via Cabinda het land te verlaten. De enige uitweg was richting DR Congo waar ik reeds het visum voor had, maar de grensovergang is ter hoogte van Brazzaville, waar ik nooit op tijd terug zou geraken. Ik leek dus echt vast te zitten in Pointe-Noire en heel even dacht ik dat het het einde van de reis zou zijn.
Vliegen was enkel nog mogelijk richting Ethiopië of Parijs en kostte een fortuin. Daarnaast had ik uiteraard nog geen zin om de reis stop te zetten. Ik zocht dan ook het immigratiekantoor op en deed aanvraag voor het dure, één jaar geldige, visum voor Congo. Van al dat op en neer crossen was ik ongelooflijk uitgeput.
De volgende dag kon ik reeds om het visum en was ik opnieuw gerust gesteld. Er ging immers een grote operatie van start tegen buitenlanders dus zou ik gegarandeerd in de cel belanden mocht ik met een verlopen visum gereisd hebben. Dat zou me uiteraard veel meer miserie en geld gekost hebben dan het nieuwe visum. Eventjes dacht ik echt dat de reis tot een einde gekomen was, maar nu heb ik opnieuw de tijd om beetje per beetje een oplossing te vinden om de reis verder te zetten.
De aanvraag voor Angola zou ik echter niet zomaar laten vallen. Ik hoopte dat ze de aanvraag enkel geweigerd hadden, omdat m’n Congolees visum bijna vervallen was. De volgende maandag ging ik terug met een hotelboeking en het nieuwe Congolese visum, maar ik werd afgescheept. Nu ben ik boos op mezelf, omdat ik gewoon aanvaarde dat de chef me niet kon ontvangen en dat de receptioniste niet wist waarom ik geweigerd werd. Het is een veel te belangrijke zaak, om zomaar zonder duidelijk antwoord het consulaat te verlaten. Ik praatte nog lang met de bewakers die me meegaven een uitnodigingsbrief van de Belgische ambassade in Luanda, Angola te verkrijgen.
Ik contacteerde hen dan ook en ze leken behulpzaam. Ik wachtte echter een ganse dag op de brief zonder resultaat. Ze stuurden de aanvraag echter door naar andere mensen die me hopelijk een uitnodigingsbrief kunnen versturen.
Ondertussen werd ik opgebeld dat de Visa-kaart gebruikt werd en er voor 1600 euro gestolen werd. Gelukkig kon de aankoop nog geannuleerd worden! Ondertussen verveelde ik me ongelooflijk in een stad zonder enige activiteit. Alles stak dus wat tegen.
Een uitnodigingsbrief kwam niet, maar ik bracht toch nog een bezoek aan het consulaat. Na 5 uur wachten kon ik eindelijk de chef spreken die me vertelde niets voor me te kunnen doen. Hij leek me een betrouwbare man. Blijkbaar wordt elke aanvraag online naar Luanda opgestuurd waar dan beslist wordt of iemand al dan niet geautoriseerd is. Recent is er beslist dat het te gevaarlijk is om het land van noord naar zuid te doorkruisen. Dat slaat natuurlijk nergens op. Ze zijn bang dat mocht er iets gebeuren, Angola wederom negatief in het nieuws komt in Europa.
Ik keer nu dus terug richting Brazzaville, deze keer per fiets. Hopelijk krijg ik daar op de Angolese ambassade een ander antwoord. Ik had uiteraard eerst daar inlichtingen moeten vragen, maar met mijn bijna verlopen Congolese visum, had ik de stad snel verlaten. Daarnaast had een andere fietsreiziger heel gemakkelijk zijn visum in Pointe-Noire bemachtigd waardoor het me onnodig leek de ambassade in Brazzaville op te zoeken. Ach ja, we leren bij!
De volgende dag geraken we niet veel verder en de chauffeur moet een andere kapotte camion trekken. Het schiet dus echt niet op en ik beslis een stukje te fietsen. De onverharde weg is geen lachertje, maar ik vind het heerlijk. Na een 10-tal km passeert een andere camion die me helemaal tot Point-Noire meeneemt! Er is plaats in de cabine, maar erg comfortabel is het er niet. Ongelooflijk hoe snel ze over de gedegradeerde weg rijden, we vliegen dan ook meermaals uit onze stoel.
Er zijn ontelbare controleposten van het leger, politie, douane en gendarmerie. Hun enige functie lijkt erin te bestaan geld af te troggelen van de chauffeurs. Ze spannen een lint en er moet telkens 1.5 tot 7.5 euro betaald worden. Zo zijn ze per rit 50 euro kwijt, wat hier uiteraard een pak geld is.
We bereiken PN om 2 uur ’s nachts, maar dat is niet vooraleer de politie me nogmaals problemen bezorgd. De vervaldatum van het visum is 19 januari, maar dat is slechts de datum vooraleer je het land moet binnen komen. Daarna heb je nog 30 dagen. Een zaklamp in m’n gezicht schijnend, probeert hij me ongemakkelijk te doen voelen. En wie ben ik om hem de regels aan te leren!
Ze moeten er niets van hebben en de toon wordt ook steeds agressiever. Hij beslist me in het gevang te steken en beveelt aan de chauffeur mij spullen te ontladen en te verkopen. Hij zet me in een hoekje en ik maak me klaar voor een nachtje cel. Buiten hoor ik hem tegen de chauffeur zeggen dat ik gelijk heb. Ze komen terug, de chauffeur heeft blijkbaar 4 euro betaald en de agent vertelt me dat ik geluk heb dat ik intelligent ben. De toon verandert en we kunnen de weg verder zetten.
Het is twee uur ’s nachts als we de stad bereiken en één van de helpers van de camion toont me een auberge.
De volgende dag er vroeg uit om de Angolese ambassade op te zoeken. Ik bereid eerst het dossier voor in een internetcafé, doe m’n beste kleren aan en stap vol goede moed de ambassade binnen.
De vele en complexe documenten maken er zeker geen eenvoudige procedure van. Visumaanvraag is enkel op dinsdag en donderdag dus keer ik de volgende dag terug. Ik word voorgesteld aan de verantwoordelijke en alles lijkt goed te gaan. Ik heb geen uitnodigingsbrief en geen enkel contact in het land, maar ze lijken me te willen helpen. Op de blog van een andere fietser las ik dat hij die documenten ook niet had, maar dat ze het visum toch gaven. Ik stapte dus met een goed gevoel buiten. Noch geen uur later volgde er echter een telefoontje dat de aanvraag geweigerd werd. Een reden was er niet.
Een ander probleem was dat mijn visum voor Congo de volgende dag verliep. Ik had dus gehoopt om snel het visum voor Angola te bemachtigen om zo via Cabinda het land te verlaten. De enige uitweg was richting DR Congo waar ik reeds het visum voor had, maar de grensovergang is ter hoogte van Brazzaville, waar ik nooit op tijd terug zou geraken. Ik leek dus echt vast te zitten in Pointe-Noire en heel even dacht ik dat het het einde van de reis zou zijn.
Vliegen was enkel nog mogelijk richting Ethiopië of Parijs en kostte een fortuin. Daarnaast had ik uiteraard nog geen zin om de reis stop te zetten. Ik zocht dan ook het immigratiekantoor op en deed aanvraag voor het dure, één jaar geldige, visum voor Congo. Van al dat op en neer crossen was ik ongelooflijk uitgeput.
De volgende dag kon ik reeds om het visum en was ik opnieuw gerust gesteld. Er ging immers een grote operatie van start tegen buitenlanders dus zou ik gegarandeerd in de cel belanden mocht ik met een verlopen visum gereisd hebben. Dat zou me uiteraard veel meer miserie en geld gekost hebben dan het nieuwe visum. Eventjes dacht ik echt dat de reis tot een einde gekomen was, maar nu heb ik opnieuw de tijd om beetje per beetje een oplossing te vinden om de reis verder te zetten.
De aanvraag voor Angola zou ik echter niet zomaar laten vallen. Ik hoopte dat ze de aanvraag enkel geweigerd hadden, omdat m’n Congolees visum bijna vervallen was. De volgende maandag ging ik terug met een hotelboeking en het nieuwe Congolese visum, maar ik werd afgescheept. Nu ben ik boos op mezelf, omdat ik gewoon aanvaarde dat de chef me niet kon ontvangen en dat de receptioniste niet wist waarom ik geweigerd werd. Het is een veel te belangrijke zaak, om zomaar zonder duidelijk antwoord het consulaat te verlaten. Ik praatte nog lang met de bewakers die me meegaven een uitnodigingsbrief van de Belgische ambassade in Luanda, Angola te verkrijgen.
Ik contacteerde hen dan ook en ze leken behulpzaam. Ik wachtte echter een ganse dag op de brief zonder resultaat. Ze stuurden de aanvraag echter door naar andere mensen die me hopelijk een uitnodigingsbrief kunnen versturen.
Ondertussen werd ik opgebeld dat de Visa-kaart gebruikt werd en er voor 1600 euro gestolen werd. Gelukkig kon de aankoop nog geannuleerd worden! Ondertussen verveelde ik me ongelooflijk in een stad zonder enige activiteit. Alles stak dus wat tegen.
Een uitnodigingsbrief kwam niet, maar ik bracht toch nog een bezoek aan het consulaat. Na 5 uur wachten kon ik eindelijk de chef spreken die me vertelde niets voor me te kunnen doen. Hij leek me een betrouwbare man. Blijkbaar wordt elke aanvraag online naar Luanda opgestuurd waar dan beslist wordt of iemand al dan niet geautoriseerd is. Recent is er beslist dat het te gevaarlijk is om het land van noord naar zuid te doorkruisen. Dat slaat natuurlijk nergens op. Ze zijn bang dat mocht er iets gebeuren, Angola wederom negatief in het nieuws komt in Europa.
Ik keer nu dus terug richting Brazzaville, deze keer per fiets. Hopelijk krijg ik daar op de Angolese ambassade een ander antwoord. Ik had uiteraard eerst daar inlichtingen moeten vragen, maar met mijn bijna verlopen Congolese visum, had ik de stad snel verlaten. Daarnaast had een andere fietsreiziger heel gemakkelijk zijn visum in Pointe-Noire bemachtigd waardoor het me onnodig leek de ambassade in Brazzaville op te zoeken. Ach ja, we leren bij!